Met een kleine anderhalf uur vertraging vertrekt de ferry uit Haines. We hebben mazzel want zitten op de snelste boot die zij op dit traject in de vaart hebben en met 45 minuten zijn we in de haven van Skagway. Als één van de eersten moeten we van boord en ook nu worden er plankjes onder de banden gelegd in verband met het getij.
‘We are afraid that the car hits the ground.’ Het is even heen en weer steken maar dan staan we aan wal en zijn voor de derde keer in deze leuke maar zeer toeristische plaats waar in het zomerseizoen iedere dag vier tot vijf cruiseschepen aanmeren. We rijden door het centrum en dan naar het plaatsje Dyea ongeveer tien kilometer buiten Skagway. Deze plaatsen zijn in de periode van de Goldrush bekend geworden door de Chilkoot Pass.
Hier moesten de goudzoekers overheen om vervolgens aan de andere kant een vlot te bouwen om over de Yukon rivier in Dawson te komen waar het goud te vinden was. Dyea ligt aan het einde van het dal en vrij snel wordt de smalle weg slecht en moeten we gaten ontwijken. Er is ons verteld dat hier in de rivier ook beren zouden staan vissen. We rijden wat in het rond maar zien geen plek waar dit zou kunnen zijn, het water is troebel en stroomt overal vrij hard.
Aan een chauffeur van een toeristenbusje vragen we of hij het weet. Die vertelt dat het een slecht jaar voor de zalm is en geeft gelijk de uitleg dat elk even jaar een slecht jaar is en alle oneven jaren een goed jaar voor de zalm. Waarom dit zo is kan niemand zeggen. ? ‘Er zijn hier nog nauwelijks beren gezien dit seizoen.’ Het regent inmiddels, het is weinig aanlokkelijk om eruit te gaan en op de plaatselijke campground staat niemand. We rijden terug naar Skagway en gaan een plek zoeken op één van de twee RVparken. Alles is vol en de dame achter de receptie zegt dat er een vrije parkeerplek is naast de gemeente opslag aan de andere kant van de rivier, wel eerst melden bij de politie zodat ze ons kenteken noteren. Het is een groot veld en helemaal leeg, we bekijken het snel en komen tot de conclusie: prima om te overnachten. ? Vanavond gaan we eerst uit eten: zeven en een half jaar geleden was onze ‘first hello’ dag en dat willen we vieren. ❤️ De laatste keer hebben we hier gegeten bij Skagway Fish Company, een prima restaurantje aan de jachthaven, daar gaan we nu ook heen.
Na het gezellige etentje regent het buiten nog steeds en de wind blaast stormachtig. De cruiseschepen zijn vertrokken en het centrum is uitgestorven. De overnachtingsplek is net iets buiten het dorp en aardedonker. ? Ik heb hier niet zoveel mee en mijn lover weet dat, hij merkt op; ‘Niets voor jou nu zeker?’ Ik aarzel en ben blij als ik nog een camper ontdek. We gaan bij hen in de buurt staan en beginnen aan een nieuwe tv serie. Net voordat we naar bed gaan hoor ik het: ze hebben een generator aan! ‘Hier kan ik dus echt niet mee slapen, zet hem maar ergens anders neer!’ mopper ik tegen mijn lover die het geluid niet lijkt te horen. De hut wordt gestart en op goed geluk zoeken we in het donker een ander plekkie. ‘Ik heb echt geen idee waar we staan!’ zucht hij en nadat ie met een zaklamp naar buiten heeft geschenen zegt ie; ‘Ik geloof het wel, staan is staan!’ ? De volgende morgen bij daglicht blijkt dat we een gek rondje hebben gemaakt en nu naast de rivier staan….? Eigenlijk wilde we vandaag naar Whitehorse terug rijden om een garage te vinden, zodat het achterbumper gemaakt kan worden, maar het zonnetje schijnt en het is zondag dus is er wel een garage open? We blijven nog een dag hier en rijden langs de campground in het centrum waar inmiddels plek is.
De haven is weer vol cruiseschepen en de mensen slenteren door het centrum. Bij het theater, The days of ’98 show, hangen twee showgirls buiten het raam en proberen op een grappige manier mensen binnen te lokken voor hun optreden.
‘Hi honey, how sweet that you walk with your sister!’ klinkt het tegen een bejaarde man met zijn vrouw. Tegen mijn lover met z’n camera roept ze, ‘Large equipement you have my dear!’ Als hij terug roept, ‘You don’t even know how large….’ OMG, ze zullen het toch wel over hetzelfde hebben. ?
De kerel in de koffiebar herkent ons van de vorige keren. We bestellen koffie/thee en iets lekkers en lopen naar een bankje in de zon. Dan zie ik mezelf in de etalage, oeps, ik word een kleine imitatie van mijn Vegas vriendin Chanel! (zie het verslag ‘Op weg naar het noorden!’). ? ‘Dit is mijn laatste mocha koffie want morgen ga ik lijnen!’ ??
Mijn lover kijkt me aan en schiet in de lach. Het is verder een easy sunday: we bezoeken weer eens een laundromat en gaan daarna terug naar de camping waar we van het zonnetje genieten. Eind van de middag jaagt de harde koude wind ons naar binnen. ‘Eigenlijk kunnen we vanavond nog wel een keer uit eten gaan, doen we ieder een soep en delen een fish en chips.’ stel ik voor. ‘Jij geeft er ook maar een draai aan, eerst nog volvreten en dan morgen lijnen!’ grinnikt mijn lover. ? Het uit eten gaan in Noord Amerika blijft apart: het is eten (gigantische porties) en wegwezen, niet zoals bij ons dat je gezellig blijft na-tafelen. Ook nu vraagt de serveerster; ‘Zal ik de fish en chips gelijk met de soep brengen?’ ? Op de terugweg naar de camper zien we op de bergtoppen verse sneeuw liggen. We hebben altijd gezegd dat we voor september Alaska uit willen zijn, na twee maanden en wéér een nacht vol regen zijn we er dan ook klaar mee: we gaan het hoge noorden verlaten. ? Over de White Pass gaat het richting de grens met Canada. De bewolking hangt zo laag dat we er doorheen rijden. Jammer van de uitzichten die, dat weten we van de vorige keren, super mooi zijn. Na het passeren van de Amerikaanse grens komt er twintig kilometer niemandsland tot de Canadese grens. Daar staat een toeristenbusje waar de douaniers naar binnen zijn gegaan en iedereen moet zijn paspoort laten zien. Oei, deze beambten hebben er zin in! ? Als wij aan de beurt zijn vraagt een stevige baardmans wat ons thuisland is. Het is er één van het serieuze type en hij kijkt bedenkelijk in onze paspoorten. Dan loopt ie naar de voorkant, noteert ons kenteken en vraagt ons of dit klopt. ? Nou dat lijkt me overduidelijk maar ervaring leert: gewoon antwoorden op wat ze vragen. ‘Zijn we in april allebei in Los Angeles geland, hoe lang blijven we in Canada, wanneer gaan we terug naar Nederland en hebben we een retourticket.’ Bij iedere vraag gaat hij strenger kijken, sommige vragen herhaalt hij nog een keer, dan kijkt hij om en is plotseling klaar met ons. ‘Have a safe trip!’ en weg loopt ie. ?
Op de route naar Whitehorse nemen we de afslag naar Carcross, een kleine plaats met 506 inwoners dat voornamelijk leeft van de toeristen die met een cruiseschip Skagway aan doen en vervolgens een treinexcursie naar Carcross maken.
Net buiten Carcross zit ook nog iets bijzonders: de kleinste woestijn ter wereld. Een paar hectare zand, maar wel officieel een woestijn.
Eind van de middag komen we in Whitehorse terug en bij een camperzaak vragen we of zij een noodreparatie aan de bumper kunnen doen. Het is weer hetzelfde liedje als in Amerika: ze kennen geen Europese modellen en durven het eigenlijk niet aan. Ze zijn bang dat ze nog meer kapot maken. We zoeken de parkeerplaats van het Yukon Inn hotel weer op, speuren op internet naar een garage en vragen ons af of we het misschien zelf kunnen doen. ‘Als ik nou eens zachtjes achteruit tegen een boom aan rij, volgens mij moet dat lukken….’ oppert mijn handsome. ? De volgende ochtend proberen we nog twee garages maar bij allebei hetzelfde verhaal: ze kunnen cq. willen ons niet helpen. Bij een automaterialen zaak kopen we een rode reflector en rood tape, we gaan zelf wel iets voor nood knutselen.
Er is ons gezegd dat als we in Whitehorse zijn we zeker de rit naar Atlin moeten doen. Deze plaats is omgeven door een meer en hoge bergen en zou Zwitserland in het groot zijn. Het is vanaf hier ongeveer 100 km rijden en het unieke van deze plaats is dat het in British Columbia ligt en alleen door de Yukon te bereiken. De hele weg ernaar toe hebben we regen en in Atlin gaat de hemel nog meer open. ? We rijden wat rond in een troosteloze plaatsje, ‘Het zal hier schitterend zijn met een zonnetje maar nu even niet!’ zegt mijn lover en terwijl ik rij maakt hij wat foto’s vanuit de camper.
Ze hebben wel een frietkot….
Er is een camping aan het meer en vanuit de deur kijkt de eigenaar naar ons, ‘Volgens mij komt ie ons geld aanbieden of we alsjeblieft willen blijven. ? Laten we maar terugrijden, onderweg zag ik zat leuke overnachtingsplekken’, stel ik voor. Mijn lover wil nog een rondje door het centrum want hij is bang dat we iets over het hoofd zien. Maar ook nu ontdekken we niets dat lijkt op Zwitserland, het enige Zwitserse zit in de naam van het hotel: Brewery Bay Chalet. ?
Zo’n 50 km verder vinden we een leuke plek langs het water en parkeren de hut. Even later krijgen we gezelschap van nog een camper die ook op deze wonderlijke mooie plek komt staan. Na het eten regent het zo hard dat ik het zakje vuil op de grond in de deuropening laat staan, ik ga nu echt niet op zoek naar een vuilnisbak. Midden in de nacht schrik ik op van geritsel aan plastic. ‘ Wakker worden, ik hoor iets!’ sis ik tegen mijn lover. Hij schrikt, ‘Wat dan, ik hoor helemaal niets.’ Inderdaad het geluid is weg maar ik heb het toch echt gehoord. ? We vallen weer in slaap en even later hetzelfde liedje, ik hoor wat! Het lijkt wel alsof er iets aan de plastic zak knaagt. Iemand moet zijn bed uit om te kijken….maar ik ben het niet! ? Van boven uit bed geef ik aanwijzingen waar hij moet kijken, ‘Het is dat plastic zakje met vuil!’ sis ik alsof we afgeluisterd worden. Hij speurt alles na maar kan niets vinden en zet uiteindelijk het zakje vuil op de aanrecht. De rest van de nacht blijft het stil. Eigenlijk moet ik nog naar de wc maar ik durf mijn bed niet uit. Mensen die mij kennen weten het, ik ben maar voor twee dingen echt bang: ratten en muizen. Jakkes, ik heb ze met mijn vorige werk in de haven gezien, ratten soms zo groot als een kat! ? ‘s-Ochtends ben ik als eerste wakker en sluip mijn bed uit, het is koud dus kachel aan en dan kijk ik voorzichtig in het keukentje waar ik op onderzoek uit ga. De plastic tas is aangevreten, kleine knaagtandjes staan er in. OMG wat erg! Mijn lover is niet onder de indruk, ‘Straks gewoon even een paar muizenvallen kopen en klaar!’ Het is wel eindelijk droog en in een waterig zonnetje doen we een koffie/thee terwijl mijn lover met z’n drone speelt.
We bekijken de kaart en zien dat de volgende bestemming, Watson Lake, 450 km rijden is. Tot nu toe is de weg goed begaanbaar en als het zo blijft moeten we dit vandaag kunnen halen. Onderweg valt het weer op dat de herfst er aan komt, de bladeren aan de bomen zijn geel aan het worden en de paarse fireweed (de nationale plant van de Yukon) kleurt langzaam donkerrood. Deze plant heet zo omdat die het eerst weer opkomt na een bosbrand.
Eind van de middag zijn we in Watson Lake en zien gelijk een bijzonder bos zonder bomen: het Sign Post Forest. Het is een verzameling borden en één van de beroemdste bezienswaardigheden langs de Alaska Higway, gestart in 1942 door een soldaat met heimwee. Er hangen inmiddels bijna 80.000 borden uit alle landen en bezoekers kunnen hun eigen bord toevoegen. Het is heel indrukwekkend om te zien, er hangen zoveel verschillende borden: plaatsnamen, kentekenplaten, verkeersborden, schoenen en pannen allemaal beschreven met namen en data waarop de mensen hier waren. Wij lopen er met open mond doorheen,
Hollandse roots….
‘Hoe leuk is het om hier ook iets op te hangen! We hebben nog een kentekenplaat over.’ zegt mijn lover. In het Visitorcentre laat de zeer vriendelijke dame ons de foto’s zien van de soldaat met heimwee.
Verder vertelt zij dat bij de dorpsgarage houten bordjes te koop zijn. ‘Maar is er hier een winkel die muizenvallen verkoopt?’ vraag ik met een kleine wanhoop in mijn stem. Ze schiet ervan in de lach en vertelt dan dat haar man ook zo bang voor muizen is. ‘In de supermarkt aan de overkant kunnen ze je vast wel helpen.’ Inderdaad hebben die muizenvallen en we kopen er twee. Door naar campground Watson Lake, net buiten het centrum, waar we voor twaalf dollar (inclusief brandhout) een mooie open plek aan het meer zoeken. Want voordat we uit het Visitorcentre wegliepen riep de medewerkster nog dat deze plaats bekend staat om zijn Noorderlicht en dat hier juist vannacht een grote kans op is. ? In natte gebieden zoals deze leer je het waarderen als het zonnetje even schijnt, mijn lover zet de stoelen buiten, maakt vuur en een wijntje doet de rest!
Helaas maar van korte duur want als we net klaar zijn met de BBQ komt er een plensbui met hagelstenen.
Het blijft de hele avond regenen, de kachel gaat aan en de film Sleepless in Seattle, uit de collectie die we bij ons hebben, gaat op. Voordat we naar bed gaan zetten we de muizenvallen en checken de wolken buiten nog eens maar het is vet bewolkt en de kans op het Noorderlicht schatten we nihil. ‘Eigenlijk best griezelig als die muis in de val komt, misschien piept ie wel heel hard.’ zeg ik als we in bed liggen. Mijn lover zucht, ‘Ik ga ze nu echt weer niet weghalen!’ De hele nacht slaap ik onrustig en denk steeds iets te horen trippelen maar ‘s-morgens zijn de valletjes op de kaas na leeg…. ? Zou ie alleen maar Brie lusten deze ‘Cherylmouse’….
We moeten vandaag eerst langs een garage want gisteren, net voordat we de campground op reden, kwam er een vervelend gepiep van rechts achter bij de remmen. We hebben zoiets vorig jaar eerder gehad in Los Angeles en hopen dat dit niet hetzelfde probleem is. Er is er maar één en het geluk van de garages in deze onbewoonde streken is dat de monteurs van aanpakken weten. Een no nonsense kerel hoort ons aan, zet de camper binnen en kruipt eronder.
‘I think it’s a little stone.’ lacht ie. Het wiel gaat eraf en als hij aan de rem voelt slaakt ie een harde kreet; ‘Holy shit, this thing is damn hot!’ ? We hebben al meerdere garagebezoeken gehad en het is altijd verrassend. Ook nu: er komt een klant met een stok binnen wandelen die zich er ook mee gaat bemoeien.
Zo goed als ie kan kruipt hij onder de camper en stelt dan vast dat de remmen versleten zijn. ‘Het is zeker je vrouw die achter het stuur heeft gezeten! Ik dacht het ook al aan de bumper te zien!’ De drie, inclusief die van mij, vinden het erg grappig! ? Dan valt het de monteur, die weer op de grond ligt, op dat de stang aan de onderkant verbogen is en hij vraagt hoe dit komt. ‘We zaten vast in het zand.’ vertelt mijn handsome en het is net als met klaverjassen: Nu ben ik aan zet! ‘Yep, it was so silly and my husband was driving!’ ?? gier ik van het lachen. Maar goed, voor nu kan de kerel ons niet helpen en de echte monteur is er morgen pas weer. We spreken af om 11.00 uur, doen wat boodschappen en rijden terug naar de camping waar we creatief met hout aan de slag gaan: hij met een bijl en lucifers en ik met stiften. ?
En ook vanavond gaat het pas na de BBQ regenen: lucky us. Als we al in bed liggen bedenk ik, ‘Shit, de valletjes!’ Mijn lover dus het bed uit om die dingen met kaas paraat te zetten. De volgende morgen weer geen muis te bekennen. De kastjes hebben we gecontroleerd maar ook daar is niets aangevreten. Een groot ‘knaagmysterie’. ? Bij de garage lijkt het ook even een mysterie te worden want de monteur is er niet. De eigenaar die ons gisteren hielp gaat hem maar eens bellen. Dit is de Yukon: men neemt het allemaal easy, de monteur zit thuis nog aan de koffie maar komt er gelijk aan. ? Binnen vijf minuten is ie er: nou als die thuis aan de koffie heeft gezeten wil ik zijn huis echt niet zien. Zijn kleding zit niet alleen onder de smeer maar ook onder vreselijke vlekken en zelf is ie helemaal ‘begroeid’ met vuil. Als hij bij ons staat geeft mijn lover hem een hand alsof ze elkaar al jaren kennen. Ik steek alleen mijn hand op en zeg; ‘Hai, how are you?’ No way dat ik die kerel aanraak. ? Roel legt uit wat er gisteren geconstateerd is en dat we 15.000 km geleden de remblokken en schijven al hebben vervangen. Vier jaar geleden is er aan de rechterkant een klapband geweest dat heeft de wielkast en de remmen toen flink beschadigd…. misschien kan dat er nog mee te maken hebben. Nu we toch hier zijn: bij de rechter voorband klinkt ook een vreemd geluid. De monteur hoort het allemaal aan, de camper moet naar binnen en hij gaat het achterwiel eraf halen.
Ik kijk in het rond, wat een zooi is het hier, een grote hond helemaal onder het stof ligt op een bank en komt naar ons toe. ‘Niet aaien hoor, het is een wandelende vlooienbaal!’ fluister ik naar mijn lover, de hond druipt af en ploft weer in een stofwolk op de bank. Het is dat het buiten regent anders was ik daar gaan staan. Mijn lover zit, inmiddels ook onder het stof, nonchalant ergens tegen aan geleund te babbelen met de monteur. Die snapt de hele uitleg en stuurt ons weg, ‘Kom over een uurtje maar terug!’ Bewapend met schroevendraaier en ons ‘werkstuk’ lopen we naar het Sign Post Forest aan de overkant. Het is even zoeken voor een mooi plekkie maar dan is het bos in bezit van het eerste NL kenteken!
Licht ongerust lopen we retour naar de garage, de hut heeft inmiddels al heel wat trammelant gehad en wat zou er nu weer zijn! ? Toen we in april terug naar Los Angeles vlogen hadden we vijf koffers bij ons waarvan drie met auto-onderdelen. De monteur legt uit dat de rechter achterrem weer versleten is en het zou inderdaad met de klapband te maken kunnen hebben want het lijkt alsof er ergens iets vastloopt. Het geluid aan de voorkant wordt veroorzaakt door de lagers die aan vervanging toe zijn. Dit alles kan gekomen zijn door de slechte wegen zoals de rit naar Tony Beets. ? Reserve lagers hebben we niet bij ons maar de remblokken wel! Mijn lover graaft in de berg onderdelen maar ze zijn niet te vinden. Alleen de voorremmen. ‘WTF die heb ik toch niet bij Han achtergelaten omdat ik dacht ze zijn toch pas vervangen….?’ Hij stuurt Han een bericht, die gaat kijken en vind de remmen. ? De monteur is ondertussen rond aan het vragen maar natuurlijk is er voor dit model uit Europa niets te vinden. Daar staan we dan in de uitgestorven Yukon net voor het weekend, negen uur tijdverschil met Nederland en maandag hier een feestdag, Labour Day! Net als zo vaak gaat dit duo gelijk oplossingen in het rond strooien en babbelen we totaal langs elkaar heen, in een gemengd Engels Nederlands, waarbij de monteur er als een onafhankelijke bij te staat te knikken. Eigenlijk heel grappig want om niet onbeleefd te zijn praten mijn lover en ik dan Engels tegen elkaar waarbij er in de snelheid wel eens zinnen komen als: ‘Maybe we can gebruiken the adress van de garage….’ ? Tijd voor een zen momentje, we betalen de monteur en rijden naar het Visitorcentre voor internet om alles op een rij te zetten: de onderdelen moeten uit Nederland komen, de monteur hier kan het maken maar hoe snel kan DHL leveren, we hebben een postadres nodig en dit gaat minimaal een week tijd kosten.? Met een zeer traag werkend internet komen we erachter dat het pakket in een paar dagen vanuit Amsterdam via Vancouver in Whitehorse te krijgen is maar het laatste stukje tot in Watson Lake is moeilijk. We vragen het de aardige medewerkster van het visitorcentre. Die schiet in de lach en vraagt; ‘Do you know where you are?? This is the Yukon and it can take six weeks!’ ? Wij kunnen er niet om lachen en ze legt nog een keer uit dat de bezorging hier minimaal is. ‘The best you can do is go to Whitehorse.’ Nou heeft de monteur ons verzekerd dat de camper nog kan rijden. ‘Naar Whitehorse is dan de beste optie maar als je onderwég vast komt te staan kan het heel lang duren voordat je geholpen wordt.’ heeft ie gezegd. We kennen deze weg want zijn er inmiddels al twee keer over geweest: een lange eenzame rechte weg van 430 kilometer. Maar de andere wegen zijn nog langer en eenzamer….? In Whitehorse zit een Chryslergarage die ook Fiat repareert, als we daar nu eens de onderdelen naar toe laten sturen. Een andere optie is de onderdelen naar Han laten sturen (we weten uit ervaring dat dit redelijk goed gaat) de camper blijft hier en wij vliegen voor een paar dagen naar hem om de onderdelen te halen. Think, think, think: we kiezen uiteindelijk voor optie 1.
‘Als we nu gaan rijden dan zijn we rond 22.00 uur daar!’ beslist mijn lover. En dat vind ik dan zo verbazend want we kunnen niets tot na het weekend dus waarom die haast! ? Na mijn uitleg dat er morgen nog een dag is moet ie lachen en om onze pech weg te eten gaan we vanavond naar de plaatselijke Chinees. Bij de supermarkt doen we nog wat boodschappen, ‘Jullie waren vandaag bij mijn vader in de garage.’ zegt de vrolijke cassière. ? Tsja, een dorp van net 700 inwoners….
Bij de Chinees zitten ook veel locals, het is vrijdagavond dus let’s party! Als een kleine bezienswaardigheid gaan we zitten, bestellen een wijntje voor mijn lover en een Yukon Gold voor mij, die zonder glas wordt neergezet. Even denk ik dat ook déze serveerster de Bonnie van de lage landen denkt te herkennen en aarzelend zwaai ik naar haar voor een glas. Ze komt het lachend brengen, ‘I’m so sorry!’ ? De placemats geven ons even een ‘huivermomentje’ want volgens de Chinese wijsheid kunnen wij totaal niet bij elkaar passen, de draak (ik) en de hond (Roel) moeten elkaar zelfs vermijden! ?
Terwijl we de lekkere gerechten eten kijk ik rond: de parkeerplaats waar grote modderige 4×4 jeeps staan, de ‘bijzonder’ geklede etende mensen die elkaar allemaal kennen: wonderlijk bruisend Watson Lake. ‘Jij met je B&B, dan is dit je wekelijkse uitje! grinnikt mijn lover. Bij het naar buiten lopen zie ik dat zijn broek nog helemaal onder het stof van de garage zit en kan mijn mond niet houden, ‘Je zou zo mee kunnen Swiebertje want je hebt je qua kleding al aangepast!’ ?? Het was nog een gezellige avond….? Zaterdagmorgen is het dan zover, we checken alles en om 11.00 uur rijden we weg: 430 km naar Whitehorse.
Met regelmatige stops en een beer die plotseling uit de struiken de weg oversteekt, helaas geen beeld want de dashcam was alweer gewist toen we een dag later terugspoelden, is de klus eind van de middag geklaard en parkeren we weer bij het Yukon Inn hotel. We hebben het gehaald en om het te vieren wandelen we naar het centrum voor een etentje. Het is druk in alle restaurants maar bij G&P Steakhouse hebben ze de kortste wachttijd, die met de iets te groot uitgevallen Margarita cocktail ook zo voorbij is. ?
Het restaurant is voor de Yukon verrassend: zeer sfeervol ingericht, de keuze gevarieerd en smakelijk. Terug in de camper geeft de buitentemperatuurmeter zes graden aan, regen tikt op het dak. De kachel gaat hoog en als ik met een likeurtje op de bank zit hoor ik in gedachten Tony Beets met duistere stem zeggen; ‘The end of the ..bleep.. season is coming, can they make it before the ..bleep..snow is falling! ?
Die Fiat van jullie is voor die Amerikanen net zo als bij ons vroeger een Lada of Goggomobiel. Ze kunnen alleen maar Amerikaans, Japans of Koreaans repareren. Ik geloof ook wel dat jullie genoeg regen hebben gehad voor de rest van jullie leven. Hopelijk is de reparatie van jullie mobiele woning redelijk op tijd gelukt, maar het zal wel weer de nodige centjes hebben gekost.
Ik geloof het Peet! De onderdelen gaan morgenmiddag (niet alles was op voorraad ?) met DHL deze kant op….wordt vervolgd! ?
Hoi Sia,
Je hebt weer, zoals gewoonlijk, en mooi verhaal geschreven. Succes met de camper en je lover.
Dank je wel! We doen ons best….ik met het schrijven en je neef met de foto’s! ?
Ooooohhhh wat is het toch weer heerlijk om alles te lezen.
Wat schrijf je toch geweldig!!! En wat een gedoe zeg.
Succes met alles!
Leuk om te horen Mieke, dank je!
Wat een leuk verslag weer, ik hoop dat alles snel gerepareerd is, ik maak me wel een beetje zorgen nu het bleep season is coming en de bleep show er aan komt?nog maar even een maandje wachten dat bleep weer?
Neem vooral ‘laagjes’ mee Ina want het is koud aan het worden. Vandaag wel weer zon maar het is net als bij ons in de herfst. In de nachten halen we hooguit 4 graden, zelfs in Whitehorse. Vanmorgen ook hier verse sneeuw op de bergtoppen. Reparatie gaat minimaal een week duren….met een beetje pech zitten we hier nog als jullie komen! ?
Gezellig?
Hihi, wat een troosteloos verhaal regen, muizen (of niet) viezigheid maar bovenal WEER pech. Goed te lezen dat jullie de moed er in houden ?
Ik sluit me aan bij bovenstaande reactie Sia, Je hebt je roeping gemist en had schrijfster (kan als nog natuurlijk) moeten worden.
Ik hoop dat jullie snel weer in staat zijn om verder te reizen. ?
Dank je Coby, ik doe mijn best! En Roel natuurlijk met de foto’s. ?
Hoi, ik laat alles vallen als je blog weer binnen is. ? Superleuk weer om te lezen. Mooie foto’s met de wolkenluchten en eenzame wegen. Sterkte met wachten op de onderdelen.
Leuk compliment Monique, Thanks!