Bij de vriendelijke dame van Glacier Peak RV park boeken we nog een nacht bij. De camper moet vanmiddag voor de banden naar de garage en de ochtend zullen we nodig hebben om de troep van de brandblusser verder op te ruimen. De wasmachine is geduldig en gaat weer aan de slag. ? We zijn allebei nog steeds belabberd en het weer werkt ook niet echt mee. Terwijl een lichte regen gestaag op de hut valt doen wij een wedstrijdje ‘wie hoest het hardst….’ ? ‘s-Middags in de garage gaat het lekker rap en binnen een uur is de camper wederom voorzien van nieuwe banden. Sinds juni 2017 hebben we totaal tien winterbanden versleten. We hadden nu graag ‘gewone’ allweatherbanden eronder willen hebben maar die zijn niet te leveren in onze maat 215/70/15. ? Zaterdagochtend is Roel wat opgeknapt maar ik voel me alleen maar rotter. Gisteren heb ik iets tegen het hoesten gekocht. Heel verrassend trouwens want een tube tegen spierpijn zoals bijvoorbeeld Midalgan kan je alleen krijgen met een doktersrecept en deze hoestdrank, 10% alcohol, koop je voor nog geen zes dollar in de supermarkt. ‘Neem het niet overdag in want je valt zo in slaap!’ gaf de verkoopster als tip. ? Ik denk dat ze gelijk heeft want mij heeft het ‘s-nachts zeker negen uur in slaap gehouden. Mijn lover moest me echt wakker maken! ? ‘Als je niet weg wilt blijven we staan!’ zegt ie maar wat moeten we hier verder? Het regent dus laten we maar een stuk gaan rijden. Net voor het centrum van Columbia Falls zien we dit: het blijft toch bijzonder zo’n marktkraam met allerlei prullaria voor Trump.
Ik maak een praatje met de kerel die vertelt dat ie vanavond helemaal leeg verkocht is. Er zijn hier veel Trump ‘gelovigen’. Auto’s die voorbij rijden toeteren en geloof me….dat was niet voor mij ? maar als aanmoediging naar de kerel en zijn kraam. Tsja, ik heb zeker wel een oordeel over Trump maar daar is dit blog niet voor, don’t talk about politics. ? Na een koffiestop bij een mobiele shop (I love it!) gaat het verder langs de ingang van West Glacier park en de plek waar we eergisteren de lekke band kregen. Of het toeval is weet ik niet maar als we daar voorbij zijn stopt het ineens met regenen. ? Het is trouwens best puzzelen met een RV om dit park in te mogen want een aantal wegen zijn verboden omdat ze te smal zouden zijn voor campers. Het staat onduidelijk aangegeven. In het mistroostige oord Browning tanken we. Dit is de hoofdplaats van het gebied van de Blackfeet Indianen en hier bevindt zich ook hun museum. In een brochure heb ik er over gelezen maar bij het zien van de mistroostige gebouwen en de verveelde rondhangende locale bevolking laten we dit gehucht snel achter ons. Wij vonden het de stop niet waard.
Laat ik voorop stellen dat ik ervan overtuigd ben dat de Indianen veel onrecht is aangedaan maar het is inmiddels 2019 en het grote gedeelte wat ik hier zie rondhangen heeft dit echt niet zelf meegemaakt. Get alive, doe iets want verveeld dronken heen en weer slenteren en de stad laten verpauperen lost niets op. ? Via een super mooie scenic weg
komen we in St. Mary waar we het Glacier Park weer in gaan, dit is nog steeds aan de Amerikaanse kant. Met de camper mogen we ook hier maar een klein gedeelte van de weg rijden, het alternatief is met de gratis tourbus.
Net in het park ligt de St. Mary campground waar we, ondanks het bord full, toch nog een plek vinden.
Reserveringssystemen van campings in Amerika zijn pet, zo erg dat ik er maar eens een apart verhaal over ga schrijven. ? Het weer is de afgelopen dagen echt omgeslagen, met de kaart erbij checken we de route en de weervoorspelling. We worden er niet vrolijk van! Zondagochtend ontwaken we en het is vies koud, bah, bah, het lijkt wel herfst. In de harde wind staat de hut te schudden en de keiharde regen doet de rest. ? Tijdens het ontbijt wijzigen we de plannen weer! Via Chief Mountain gaan we de grens met Canada over,
wat ook nu weer verrassend snel gaat. De vriendelijke beambte bekijkt de paspoorten en vraagt naar onze reisplannen. Ook wil ze weten of we brandhout (wat niet mag vanwege de Dutch Elm ziekte),
wapens of grote hoeveelheden alcohol bij ons hebben. Nadat we hier ontkennend op hebben geantwoord mogen we verder. Opvallend trouwens: in het Engels hebben veel negatieve dingen het voorvoegsel Dutch. Double Dutch ( uit je nek lullen), Going Dutch (ieder betaald voor zichzelf) , a Dutch treat ( nog erger: je denkt dat je getrakteerd wordt maar men verwacht van jou dat jij alles betaald) en a Dutch Agreement (een afspraak tussen twee dronken gasten waar de volgende ochtend niemand zich meer iets van kan herinneren.
In Waterton vinden we een plek op Crooked Creek campground net buiten het centrum.
Mijn lover gaat een tv serie kijken en ik kruip hoestend en proestend in bed. Eind van de middag zegt ie; ‘Ik ben er klaar mee met die kou en ga nu eerst op zoek naar de winterjassen!’ ? Heerlijk warm aangekleed lopen we daarna door het dorp
waar we in een prima restaurant een gezellig etentje hebben.
(Uit statistieken blijkt dat veel klachten in restaurants over koud eten komen doordat de borden eerst uitgebreid gefotografeerd worden. ?)
De volgende dag is het droog en zelfs de zon komt af en toe tevoorschijn. We boeken een nacht bij (we moeten wel van plaats veranderen terwijl later blijkt dat ons oude plekje gewoon onbezet blijft ?),
maken een kleine wandeling,
trakteren ons zelf op een ijsje (dit is de kleinste die er was! ?)
en ‘s-avonds nog maar eens op een etentje in het zelfde restaurant van gisteren. ? Dinsdag gaan we eerst naar hotel Prince of Wales op de landtong boven het dorp voor een bak koffie/thee en wat foto’s van het uitzicht.
Daarna komen we via Pincher op de Crowsnest Pass in het stadje Frank waar we deze bizar indrukwekkende aardverschuiving, genaamd the Frank Slide, zien.
In het gelijknamige bezoekerscentrum horen we over de geschiedenis van de dodelijkste aardverschuiving van Canada. In de vroege ochtend van 29 april 1903 werd een deel van de bedrijvige mijnwerkersstad bedolven onder miljoenen tonnen kalksteen die vanaf de top van Turtle Mountain omlaag raasden en waarbij meer dan 90 mensen begraven onder het puin de dood vonden. Waardoor dit plaatsvond is onduidelijk en kan komen door meerdere factoren: mijnbouwactiviteiten die mogelijk de interne structuur van de berg hebben verzwakt of misschien de extreem natte winter in combinatie met het koude weer in de nacht van ramp. ? De spoorlijn die onder de berg liep werd binnen drie weken gerepareerd en de mijn kon opnieuw open. Een gedeelte van de stad werd verplaatst en bloeide weer op tot de mijn in 1917 voorgoed gesloten werd. Maar de plaats van de ramp bleef onveranderd, werd aangewezen als Provincial Historic Site van Alberta en trekt jaarlijks meer dan 100.000 bezoekers. Als we over de kronkelpaadjes door de verwoestende steenmassa lopen ervaren we de ontzagwekkende kracht van de natuur.
Het bizarre is: het zou met het resterende deel van de berg zo weer kunnen gebeuren. Onder de indruk van wat we gezien hebben rijden we verder over de pas en komen in Sparwood. Gelijk als we de plaats binnen rijden zien we een bord ‘Largest truck in the World’. En daar op een plein staat ie: de Terex 33-19 Titan! Dit prototype off-highway, ultra klasse, drie-assige, dieseltruck werd ontworpen door de Terex Division van General Motors in 1973. Ik zie hem zo bij Tony Beets in Goldrush rijden. ? Er is er slechts één geproduceerd en het was ruim 25 jaar de grootste truck van de wereld.
De Titan werd eerst ingezet in een ijzermijn in Californië, later in Sparwoord bij de Kaiser Steel mijn. Hij kende veel mechanische problemen waardoor ie vaak niet inzetbaar was. Reserve onderdelen waren er niet en moesten met de hand gemaakt worden. Na 18 jaar dienst is hij gerestaureerd en een toeristische attractie geworden maar rijden kan hij niet meer: z’n turbo is opgeblazen en reparatie was te duur. ? Nu we in Canada zijn zien we ook weer eens andere supermarkten zoals Save on Foods waar we gelijk wat inkopen doen. Het is wel even uitkijken met de prijs want het is geen Walmart en ze weten de prijzen wel: 6,00 Canadese dollar voor een bloemkooltje. ? We besluiten nog een stukje te rijden zodat we in ieder geval de pas over zijn en houden het in Fernie voor gezien. Deze wintersportplaats heeft een lange hoofdstraat met winkeltjes en restaurants. Leuk om morgen eens te gaan bekijken. Iets buiten het centrum tegenover de golfbaan ligt Fernie RV resort
waar we tot we gaan eten nog genieten in het zonnetje. We hebben gelukkig geen direct naaste buren want het hoesten lijkt alleen maar erger te worden. ? De volgende dag ziet het weer er goed uit. We boeken nog een nacht bij en stappen daarna op de fiets.
Er zijn vele wandel en fietspaden hier en we fietsen langs het meer en de rivier naar het centrum. Daar bekijken we wat winkeltjes,
mijn lover bezoekt een kapper
(voor mij hadden ze helaas geen tijd ?) en later op de camping kan de BBQ eindelijk weer eens aan. Als we na het eten nog steeds buiten zitten en een wijntje doen begint het te spetteren: het is toch weer een dag droog geweest! ? Het leven op een camping als het regent heeft altijd iets triest. Dat ervaar ik ook weer als ik de volgende morgen de rolgordijnen omhoog doe en de ‘verzopen’ tenten zie staan. OMG, het water stroomt inmiddels gestaag over de voetpaden. ? Het uitzicht op de bergen is totaal weg, dikke bewolking hangt boven ons. We verlaten de camping, doen bij de Starbucks een koffie/thee en zoeken de richting weer op die we te gaan hebben, namelijk de Nationale Parken Banff en Jasper. Na zo’n 100 kilometer komen we in Cranbrook. Wow, dit is best een grote stad! Bij een groot shopping plein parkeren we de hut en doen wat boodschappen voor de lunch. ‘Daar zit een kapsalon, misschien hebben die tijd voor je grijze haren!’ zegt mijn lover als ie er een op de hoek ziet. Het geluk is met me want ik kan gelijk terecht! Ik raak eraan gewend want ook hier mag (lees: moet) ik weer een formulier ondertekenen dat ik de kapster niet aansprakelijk stel als de haarkleur niet is wat ik ervan had gedacht….? Het blijft een bijzonder iets wat wij in Nederland niet kennen. Net als het feit dat hier de kapsters/kappers keihard doorwerken. De meesten huren een stoel in een salon en krijgen dus per klant betaald. Met prima geverfde en geföhnde haren loop ik de salon na anderhalf uur weer naar buiten en in de zeikende regen ren ik terug naar de camper. Dit is echt niet normaal meer, een donkere pikzwarte lucht en onweer klinkt in de verte. ‘Tsjonge, tsjonge en dan te bedenken dat ze thuis in Nederland van die hoge temperaturen hebben!’ mopper ik er vrolijk op los. Na overleg besluiten we de dichtstbijzijnde camping op te zoeken. Mount Baker RV park bereiken we na zo’n vier keer gas geven ? en ze hebben nog plaats ook!
‘Eens kijken hoeveel kilometer we vandaag op de teller gaan krijgen!’ grapt mijn lover als we Cranbrook de volgende morgen verlaten. We hebben de 93/95 richting Banff/Lake Louise gekozen, prima weg en we genieten van de uitzichten.
Bossen en heel veel golfbanen schieten aan ons voorbij. Net voorbij Fairmont Hotsprings staat een groot reclamebord voor een RV park met golfbaan. Het is nog maar 13.00 uur maar mijn lover draait de weg in, ‘Met het oog op dit drukke weekend in verband met Canada day kunnen we niet vroeg genoeg gaan staan!’ zegt ie met een knipoog. Een slingerend weggetje brengt ons door een bos bij de 9 holes golfbaan met camping.
Super leuk….alleen de naam RV park is met hooguit zes plaatsen iets te hoog gegrepen. Wij zouden dit bij ons ‘kamperen bij de boer’ noemen. Niets mis mee want het ziet er prima uit en voor 25 Canadese dollars hebben we ook nog stroom en WiFi. ? Eindelijk na een jaar spelen we weer eens een spelletje golf. Vorig jaar had ik veel last van mijn gebroken elleboog en kon helaas niet spelen. Ik moet zeggen: het viel niet tegen.
Degene die het spel kennen weten het: het is met name concentreren….en dat valt soms niet mee! ? Terug bij de camper zien we dat er nieuwe buren naast ons komen staan. Ze hebben een bizar grote caravan, noemen ze hier trouwens fifth wheel, die eindelijk na tig keer steken goed staat. Het hele gezin (zes personen) zet ook nog een tent op en dan vertrekken pa en ma met de auto en laten kids en honden achter. In de caravan zit een klein keffertje die continue blaft. ? Terwijl ik eten sta te bakken hoor ik de stem van de eigenaresse roepen, ‘Die hond moet zijn mond dichthouden en ruim jullie speelgoed op, ik wil een rustig schoon RV park!!!!’ ? ‘Zo dan, die is niet misselijk!’ denk ik, wat een overdreven mens met dat geschreeuw naar die kinderen. Op zich is het wel vreemd want de ouders blijven bijna drie uur weg en laten de kinderen van ongeveer zes en acht gewoon alleen. Eindelijk rond half acht komen ze aanrijden. ‘Let op, nou komt die eigenaresse!’ zeg ik tegen mijn lover en ja eerlijk, ik beken het direct: ik ga in mijn gluurhoek zitten. ? Wat dan volgt is rigoureus: ze worden weggestuurd! Geen waarschuwing maar gewoon vertrekken, de familie kan alles waar ze zo lang mee bezig waren weer inpakken! ? Naast mij hoest mijn lover alsof hij uit zijn schoenen geschoten wordt, ‘Rustig straks komt die heks nog zeggen dat je niet zo hard mag hoesten!’ gier ik van het lachen waardoor ook ik weer vreselijk moet hoesten. Als ze kijkt zwaai ik vriendelijk naar haar, ‘Enjoy your evening, bitchie!’ Dat laatste woord uiteraard op fluistertoon….?
OMG, dat hebben wij weer….
Mijn lover heeft vroeger geskied in de wintersportgebieden, Solitude en Park City, boven Salt Lake City en het lijkt hem leuk om daar eens te gaan kijken nu we hier toch in de buurt zijn. Vanaf het vliegveld rijden we eerst richting de stad. ‘Oh nee, kijk nou toch! Heel anders dan gisteren!’ roept ie uit als we in de verte de tempel van de Mormonen zien liggen. Na al die jaren weet ik wel wat er komt: het gaat om het licht. ? Nu staat de zon hoger of lager en valt de schaduw anders, ik kan er een hele theorie over oplepelen maar het resultaat is dat we eerst terug naar de tempel gaan en hij een aantal foto’s van gisteren overmaakt. Ik zoek een bankje in de schaduw en bel met het thuisfront. ? Bij terugkomst pakt ie me stevig vast; ‘Ik ben toch zo blij met je, helemaal top dat ik de foto’s over heb kunnen doen!’ Ik ben ook blij met hem want doordat hij bezig was heb ik ongestoord kunnen bellen….? We wandelen nog een uurtje door het centrum
en dan vertrekken we.
Over een slingerende super mooie weg klimmen we omhoog naar het plaatsje Solitude. De sneeuw is maar net aan het verdwijnen en de campgrounds die we tegenkomen zijn allemaal nog gesloten.
Vanuit het dorp krijgen we een goed beeld van de pistes. Mijn lover tuurt omhoog en zucht; ‘Ik kan me toch echt niet herinneren dat ik hier heb geskied….’? Voor Park City geldt hetzelfde, ook hier is de sneeuw nog aanwezig en kijkt mijn vent met lichte verbazing omhoog naar de pistes. Als ik vraag hoe lang het dan geleden is denkt ie diep na en zegt dan; ‘22 Jaar geleden, er zou best het een en ander veranderd kunnen zijn.’ ? We rijden de weg een stuk naar beneden terug en het is genieten, in de verte hoge bergen met besneeuwde toppen en oneindige bossen. Bij het bord Jordanelle Statepark/campground slaan we af. Wow, deze ligt heel mooi aan een meer! De aardige receptioniste geeft ons een prima plek met uitzicht op het water waar we genieten van de late middagzon. ?
De volgende dag verlaten we Salt Lake City. De weg voert ons verder door een lang dal naar beneden waar we de volgende staat in zullen rijden: Idaho, de aardappelstreek. Het is een lange warme rijdag met als enige onderbreking een lunch aan een vijver waar moedereend met haar kuikens totaal geen angst kent.
Net voor Burley draai ik de snelweg af om te tanken. Achter het tankstation blijkt een campground te liggen. Het is een Good Sam die meestal wat duurder zijn. ? De prijs valt echter niet tegen en er zijn veel schaduwplekken. Helaas komen er ‘s-avonds muggen zodat we naar binnen vluchten. Spray tegen deze irritante stekertjes gaat direct op het boodschappenlijstje! Het landschap waar we de volgende morgen doorheen rijden is overwegend landbouw met heel veel sproei installaties en veeteelt: koeien.
Rond een uur of 15.00 uur komen we bij Craters of the Moon National monument aan. Dit is een park dat bestaat uit een vulkanisch landschap met voormalige lavastromen en kraters.
Leuk weetje: NASA trainde hier astronauten omdat men dacht dat het maanlandschap er ongeveer zo uit zou zien. ? Na een bezoekje aan het visitor center rijden we, op vertoon van de Nationale parkenpas, het park in. Rechts ligt gelijk een first come first served campground dus we zoeken eerst naar een vrije plaats, gewoon langs het pad.
Mijn lover stopt het betaalbewijs onder het klemmetje, stoelen op de plek en de enveloppe met dollars in de deposit bus: ready! Ik keer ondertussen de camper. Door het park loopt een elf kilometer lange weg met verschillende uitkijkpunten waar we langs rijden.
Bij enkele durven we in de hitte de korte wandelingen die erbij horen te maken. Zelfs bij Inferno Cone klimmen we omhoog en genieten van het uitzicht!
Hoe meer de lava verkruimeld is hoe ouder ze is. Deze hier is minstens 15.000 jaar! ? Het duurt ook honderden jaren voor er sowieso iets op wil groeien.
Amerikanen die we onderweg spraken hebben ons aangeraden om naar het Sawtooth National Forest te gaan omdat dit bijzonder mooi is. Na onze overnachting op het lava van Craters of the Moon rijden we via Hailey en Ketchum het gebied in. Men heeft niets teveel gezegd: het ís super mooi hier! Het doet ons denken aan de hoge Alpen: grillige bergen, oneindige bossen, riviertjes en weiden vol gras en bloemen. Langs de kant staat een bord met Clarendon Hot Springs. ‘Zag je dat, misschien wel lekker om te zwemmen!’ roept mijn lover terwijl we er in volle vaart voorbij rijden. We besluiten te keren en wat dan volgt is altijd een beetje rare actie. Het zal wel een man-vrouw verschil zijn en bij ons geeft het meestal wat onenigheid. Ik stop niet snel genoeg, ik draai te langzaam en zo geeft mijn handsome nog tal van opmerkingen. ? Uit mij komt niet meer dan dat ie zijn mond moet houden….vul de vrije vertaling zelf maar in. ? Na het keren blijkt dat we een onverhard pad op moeten. ‘Dat zouden we toch niet meer doen?’ vraag ik twijfelend. ‘Rijden maar, dat gaat goed komen!’ beslist hij.
Daar gaan we bonkend over het pad, ik omzeil stenen, modderplassen en takken terwijl hij met zijn armen naar de richting zwaait waar ik volgens hem heen moet. Het is een dingetje maar we komen bij de Hot Springs. De vriendelijke beheerder laat ons een kijkje nemen en vertelt dat er ook een campground op het weggetje is. Inmiddels is het zonnetje verdwenen en er valt wat lichte regen. Nou zijn wij beiden toch niet van die zwemmertjes en zeker niet met dit weer dus….juist, we keren om en nemen de hobbelige weg terug. ? Eigenlijk heb ik veel meer zin om te wandelen en bij de Galena Loge grijp ik mijn kans. ‘Kijk dan, heel veel wandelroutes en een prima parkeerplaats om de hut te parkeren.’ roep ik enthousiast.
Naast mij knikt mijn lover bedachtzaam. Heel vreemd maar die vent van mij loopt de zolen van zijn schoenen in Vegas maar in het bos ziet ie het dan niet zitten. ‘Ik moet altijd een doel hebben!’ is zijn excuus. De regen is gestopt en het zonnetje is terug. We trekken de wandelschoenen aan, ik vul een rugzakje en we kiezen een route.
De wandeling gaat dwars door bossen met kleine beekjes. ?
Terug bij de camper drinken we iets en gaan dan een plekkie voor de nacht zoeken. Het is ons opgevallen dat je hier bijna overal ‘vrij’ mag staan. Echter na de wandeling lijkt het alsof wij het park uitrijden en in meer bewoond gebied komen waar je verplicht wordt om op een camping te gaan staan. De eerste waar we stoppen durft voor dry camping 45,00 dollar te vragen. ? We zijn er snel klaar mee en rijden door tot we een bordje zien met Statepark. Wat volgt is weer een hobbelige weg van een aantal kilometer. ‘Waarom heb ik altijd de pech dat ik dan net achter het stuur zit?’ vraag ik mezelf af. Aan het eind van het weggetje ligt een meer, het Pettit Lake, voor ons met daarbij een kleine eenvoudige camping (13 plekken). Dit is zo’n onverwachts cadeau waarbij je stil moet gaan staan om het te bevatten. Er komt een vrouw op ons afgelopen, ‘Hey I’m Rachel the camphost, how are you?’ vraagt ze lachend en het paradijs is compleet. ❤️ Want eerlijk dit is een van de leukste plekken die we ooit gehad hebben. Op nummer 1 blijft toch wel South Beach in Oregon staan, daar zwommen de walvissen zo voorbij. Rachel heeft nog wat plekken over, we gaan staan en lopen naar haar camper om te betalen.
Prijs: 16 dollar. Al babbelend lopen we terug en ineens zie ik iets razendsnel bewegen op de grond, ‘Kijk uit, een slang!’ roep ik en trek mijn lover achteruit. Bijna had ie met zijn maat 45 op de slang gestapt. ? Het is zo’n zelfde exemplaar als ik van de week in het Great Basin National Park ook heb gezien. Brrrr, ze schijnen niet giftig te zijn maar het blijft schrikken als je zo’n ding ineens voorbij ziet schieten. Na het eten maken we een wandeling langs het meer, wat een rust is het hier. ‘Je denkt zeker weer aan een B&B.’ merkt mijn lover op. Dat doe ik zeker maar wie vindt me hier in the middle van niets….? Er is niet eens internet! Als Rachel ‘s-avonds langs loopt nodigen we haar uit voor een wijntje en horen haar verrassende verhaal. Zij is 29 jaar en komt uit Idaho. Zij is zeer gelovig volgens de leer van de mormonen opgevoed. Op haar vijftiende kreeg zij kanker. Toen zij deze ziekte overwon en herstelde is ze anders over het hele leven gaan denken. Op haar achttiende zei zij het geloof vaarwel, kocht een camper en trok de wijde wereld in. Dit is haar eerste seizoen als camphost op deze camping. Met haar familie heeft ze nog wel contact maar dit verloopt moeizaam. Je kan het vergelijken met de Jehova’s bij ons: zeg je het geloof op dan zeg je je familie op. ? Voordat we de volgende ochtend vertrekken nemen we afscheid van deze bijzondere Amerikaanse en hobbelen dan, ik rij weer ?, terug naar de hoofdweg. Het landschap wat volgt is zo bijzonder schilderachtig mooi en verbaast ons wederom. In de verte zien we Bald Mountain (wintersportgebied) en beneden ons stroomt de Salmonriver.
In Stanley doen we een koffie/thee en wat inkopen. Net buiten het dorp begint de rivier wilder te stromen en zien we een tweetal rafts gaan. ‘Wow, dat moeten wij ook eens doen!’ roept mijn lover uit terwijl ie me aanstoot. We stoppen om naar de boten te kijken en terwijl hij fotografeert denk ik na over de reden waarom ik er zo huiverig voor ben.
Een voormalige collega van mij heeft zijn meissie verloren bij het raften. In het wilde water sloeg zij overboord, hij (schipper bij de douane) wilde haar nog redden maar volgens de gids kwam het allemaal goed en zou ze wel door de boot na hen opgepikt worden. Zij is later dood gevonden. Altijd als ik een raft zie moet ik aan hem denken. ? Misschien moet ik me er eens overheen zetten want het is wel heel gaaf hoe die boten tekeer gaan! Net voor Clayton, als we over een brug rijden, zien we links beneden een paar kampeerplekken. Onze ervaring is dat ze het hier in Idaho begrijpen want er is voor iedereen wat wils, namelijk RV parken met full hook-up, kleine eenvoudige campgrounds en heel veel plekken waar je vrij mag staan. Ook niet onbelangrijk: er zijn genoeg plekken waar je kan dumpen en vers water tanken. Dat laatste is met deze hoge temperaturen heerlijk want we staan soms twee keer per dag onder de douche. Eigenlijk is het nog wel vroeg om te stoppen maar de plek is zo mooi dat we, ondanks dat er weer geen internet is, gaan staan. Er zijn vijf plekken en nobody there dus wij nemen de beste!
We zetten de camper zo neer dat we vanaf de weg niet te zien zijn en brengen de middag in ons nakie door….kom maar op met jullie commentaar! ? Het is al weer zaterdag als we de volgende ochtend wakker worden. Soms gaan die weken zo snel! De volgende plaats waar we door heen rijden is Challes.
In het centrum is het vrij druk: de wekelijkse farmersmarket en een Endurance hardloopwedstrijd. Na een rondje over de vrij kleine markt en het aanmoedingen van de atleten rijden we door.
De weg slingert zich weer tussen de bergwand en de rivier heen. Plots komt er een pick-up brandweerauto met sirene voorbij. ‘Oh jee, die gaat vast ergens heen!’ stelt mijn lover. Misschien een kilometer verder staat de pick-up dwars op de weg en krijgen we een stopteken. ‘Dat zal net gebeurd zijn denk ik.’ mompelt mijn lover weer en ik knik. Van de andere kant, de plek van het gebeuren, komt een ambulance zonder sirenes. We krijgen het teken doorrijden en in de verte zien we een auto in de berm staan, verderop nog een en een paar mensen lopen heen en weer. Mijn lover zit achter het stuur en ik kijk. Ik weet het, ‘niet kijken’ maar iets trekt mijn aandacht. In de berm ligt een motor met daarnaast de motorrijder. Alleen zijn benen en laarzen zijn zichtbaar, de rest ligt onder een wit laken: hij is overleden. ? Ontdaan staar ik naar buiten terwijl mijn lover naast me moppert, ‘Ik zei het toch, niet kijken!!’ Daar zal binnen afzienbare tijd wel zo’n kruisje staan zoals we er al zoveel gezien hebben langs de weg. In Nederland wil Rijkswaterstaat deze monumentjes niet langs de weg omdat het zou afleiden. Ik denk: zou het wel helpen om voorzichtiger te gaan rijden….?
Net voor het plaatsje Salmon schieten we een camping op, ook deze is weer heel leuk, klein en maar vijf dollar.
Ik schenk mezelf een wijntje in voor de schrik en denk aan de onfortuinlijke motorrijder. Er waren voor zover wij zagen geen andere voertuigen bij betrokken, misschien uit de bocht gevlogen….? ‘Je kan van alles verzinnen maar we weten het niet.’ stelt mijn lover die al vele ongelukken voor zijn lens heeft gehad en er daardoor net iets anders in staat. ? We komen steeds meer in het noorden en rijden de volgende dag vanuit Idaho over een mooie maar saaie weg Montana in. De eerste grote plaats die we tegenkomen is Missoula. Het is weer even wennen die drukte. Links en rechts schieten auto’s voorbij. Als we een bord zien met KOA campground is die voor ons. Mijn lover voelt zich met een zere keel niet helemaal fit dus we hebben een easy middagje bij het zwembad terwijl de laundrymachine een was voor ons draait. ?
Na een paar dagen zonder voorzieningen is stroom weer handig en terwijl ik de was opruim gaat hij aan de slag met de mixer zodat we morgen bij het ontbijt een verse boterham hebben. Als we ‘s-morgens opstaan is mijn lover niet lekker….’een mannenverkoudheid’ ?, hij klinkt helemaal schor alsof ie een feestje heeft gehad. We starten rustig en rijden voor wat boodschappen naar het centrum. Er zijn ook hier weer winkels die we niet kennen en met een koffietje slenter ik op m’n gemakkie in het rond.
Uiteindelijk gaan we pas ver na de lunch op pad. Hij zit als een zielige vogel naast me te hoesten en proesten. Afgelopen week zijn we qua kilometers nog niet veel opgeschoten en soms moet je de dingen nemen zoals ze gaan. Idaho was verrassend mooi en dat maakt dat we weer goed beseffen hoe luxe het is om de tijd aan ons zelf te hebben. Ook nu in Montana rijden we langs meren die bijvoorbeeld op Lake Tahoe lijken. Als we dus na zo’n 100 km een bord zien met Big Arm Statepark sla ik deze weg in. We vinden een mooie plek
en ‘s-avonds maakt mijn lover een vuur.
Omdat we binnenkort Canada in zullen rijden branden we nu al het stookhout maar op, anders moeten we het inleveren. Als we s-avonds naar bed willen is het behelpen want her en der staan plastic tasjes met de aankopen die we gedaan hebben. ‘Ik heb geen idee waar we alles moeten laten. Misschien alvast een doos met troep naar huis sturen….’ peinst mijn handsome. Wanneer we de volgende ochtend dus langs een postoffice rijden stoppen we voor informatie. De doos die we nodig hebben is ongeveer net zo duur als een extra koffer, rond de 100 dollar en zal er een kleine twee weken over doen. Met de doos verlaten we het kantoor: die kan gevuld worden! We bekijken de kaart en als we nog zo’n 80 kilometer rijden zijn we in Kalispell. Dan kunnen we daar mooi de doos inpakken en ondertussen is mijn keeltje ook zeer gaan doen….? Kalispell is groot en heeft een leuke hoofdstraat met winkeltjes en restaurants. Omdat we ergens moeten staan schieten we de eerste de beste campground op, Rocky Mountain Hi, die we zien. We zitten buiten wat lusteloos in de schaduw bij de camper en hoesten tegen elkaar op. ? Thuis beroerd zijn is niets maar hier in zo’n kleine ruimte is het extra balen.
Na een onrustige nacht rijden we naar het postkantoor waar de doos op transport naar Nederland gaat.
Wij rijden door naar Glacier National Park en komen via de westzijde bij Apgar binnen.
Bij de ingang vertelt een ranger dat een groot stuk van het park nog dicht is vanwege de sneeuw waardoor de ‘Going to the sun road’ maar gedeeltelijk te rijden is. Op het gedeelte wat wel toegankelijk is zijn twee campgrounds open en beiden hebben nog plek. Het regent als we het park in rijden. We rijden tussen dichte bossen door, af en toe zien we een glimp van een meer. Deze weg staat bekend als één van de mooiste van Amerika maar wij zien het even niet.
Is het omdat we verwend zijn, zijn het de zere keeltjes….we don’t know maar het kan ons niet bekoren want we hebben inmiddels veel mooiere dingen gezien. ? De eerste camping, Apgar, slaan we over maar bij campground Sprague Creek gaan we erop. Bij de ingang staat een bord ‘forbidden for RV’s longer than 21 foot’. ‘Wij zijn net boven de 20 maar zeker geen 21 dus kunnen gewoon hier staan.’ zegt mijn lover, gaat een envelop met dollars vullen en plakt het betaalbewijs op de paal. Het zeikt van de regen, we doen een theetje en als de lucht wat opklaart besluiten we toch nog een stukje te rijden. Ik moet nog snel een plas en net als ik zit wordt er geklopt en mijn lover doet open. Het is de camphost die vertelt dat hij denkt dat we langer dan 21 foot zijn maar….omdat hij het goed vind mogen we vannacht blijven staan. Maar alleen omdat hij het goed vind! ? Ik stik van de lach want dit ga je toch niet geloven: daar krijgen we een standje van één of andere verdwaalde laaf die doet alsof we met zijn gratie hier mogen blijven staan. Nu die op dreef is gaat ie verder met wat we wel en niet mogen doen en legt uit dat er beren op de camping zijn en hoe we ons dan moeten gedragen. ‘We zijn in Alaska geweest dus weten wel wat te doen als er beren komen.’ zegt Roel. Dat had ie niet moeten zeggen want de laaf briest; ‘You don’t know nothingggg about bearssssss!!!’ ? ‘Zak, ga grassprieten tellen!’ sis ik, trek mijn broek op en zie nog net hoe ie weg scharrelt. We gieren het uit van de lach, wat een ##*??*## was dat! We rijden tot aan het punt waar de weg gesloten is,
stoppen op de terugweg waar mogelijk
en maken een kleine wandeling. Snuf en snuitje zijn nog niet optimaal dus doen het rustig aan en rijden terug naar de camping. Tegenover onze plek staat een pick-up en daartegen hangen de laaf en een ranger. ? ‘Oh jeetje, das niet goed….’mompel ik. We parkeren de hut, stappen uit en daar komt ie aan gelopen: de ranger. Geloof me, er zijn mannen die compenseren dat ze een kleine pik hebben. De een doet het door met veel geluid in een hele snelle veel te dure auto rondjes te rijden door een druk centrum. De ander doet het door een beroep te kiezen met een uniform en een wapen. Natuurlijk heb ik het echt niet over alle mannen en is dit nergens op gebaseerd….alhoewel mijn eigen waarneming…. ? Ik had er ook één in mijn team. Je gaf die knul een uniform met een wapen en hij veranderde in een soort terminator. Hij werd in zijn privé tijd rijdend met een telefoon in de hand betrapt en kreeg een bekeuring. Meneer reed naar huis, trok zijn douane uniform aan en ging terug naar het politiebureau om verhaal te halen….oeps, dat ging helaas voor deze (un)lucky luck niet werken. ? Terug naar de ranger, gebruik nu allemaal even je fantasie en zie hem: de kerel die net niet goed genoeg was voor de Chippendales, geen geld had voor een dure auto en dus maar een uniform aantrok. Het type uit de sportschool die ‘s-ochtends in de spiegel kijkt, zijn hand over zijn edele deeltje haalt terwijl ie hardop zegt; ‘Man, man, wat zie jij er toch verdomd lekker sexy uit!’ Die komt dus breedgeschouderd op ons afgelopen terwijl we net uitgestapt zijn en begint zonder introductie zijn verhaal af te draaien.
Hij wacht geen antwoord af maar loopt naar zijn auto en komt terug met een centimeter. ? ‘De camper is langer dan 21 feet en ik ga het bewijzen!’ zegt ie hooghartig. Hij wil gaan meten maar het ding komt teruggerold dus moet mijn lover helpen. Dan gaat het verhaal een rare wending krijgen want als de ranger ziet dat hij het gaat verliezen rekent ie ook ineens de voorbumper mee! ‘Zo dan, de camper is te lang!’ Ik wist het: deze kerel weet vast ook het verschil niet tussen 10 of 20 centimeter. ? We hebben een probleem want Ko de boswachter is nog niet klaar met ons. Hij wil Roel zijn paspoort zien. We krijgen nu een waarschuwing maar de volgende keer als we weer ondeugend zijn dan volgt een bekeuring! Mij is ie al lang kwijt want ik denk; ‘Koekkoek lekkere groene dauwtrapper, we zijn niet van hier, we zijn toeristen en komen hier waarschijnlijk maar once in a lifetime!’ ? Met het paspoort loopt ie naar zijn auto en blijft heel lang weg. Ondertussen mogen deze twee verdachten ? met elkaar overleggen en we besluiten om ons geld terug te vragen en een andere camping op te zoeken. Althans, dat is het besluit van mijn lover, dat van mij is iets rigoreuze. ? Ko de boswachter komt terug en herhaalt alles wat ie heeft gezegd terwijl mijn lover zijn paspoort terug krijgt. ‘Als je mij mijn geld terug geeft zoek ik zonder probleem een andere camping op hoor’ stelt ie voor. Ko kijkt, schudt zijn hoofd en zegt dan; ‘Nee, voor deze keer zie ik het door de vingers maar remember! OMG, je kan echt mensen die je niet kent spontaan gaan haten! ? De laaf en Ko de boswachter overleggen nog terwijl wij binnen proberen om ernstig te blijven kijken. ‘s-Avonds gaat het weer keihard regenen met onweer en we hopen dat de laaf, die ook hier staat met een vouwwagen, voorbij zal stromen in een wildwater rivier. Maar wij zouden het niet zijn als het nog gekker kon! ? De volgende morgen regent het nog steeds en volgens de thermometer is het slechts acht graden. Beiden zitten we wat slapjes aan het ontbijt. De hele nacht heb ik liggen hoesten, bah, bah. Na het douchen ben ik wat opgeknapt en terwijl ik afwas doe gaat mijn lover onder de shower. Ik zie een schim om de camper heen lopen! Is dat een beer? ? Nee, het is iemand in een groen pak, een nieuwe ranger on duty! Hij loopt en kijkt om de camper maar ik doe alsof ik hem niet zie en droog mijn afwas af. Bonk, bonk, doet ie op de achterdeur. Ik open de deur en bam daar roept ie gelijk heel bits, zonder goodmorning of iets in die trant; ‘Are you using a generator?’ Serieus als hij na deze woorden vol walging op de grond had gespuugd had ik het niet eens gek gevonden. ? Ik geef hem ‘de blik’, zoals een vriendinnetje van mij altijd zegt, (niet de blik van Barbie met de knipperende oogjes) en zeg; ‘Wij hebben geen generator!!’ Ik begrijp prima wat ie hoort want als de waterkraan aanstaat hoor je een hele lichte bromtoon van de waterpomp. ‘Wat hoor ik dan??’ vraagt ie arrogant. ‘Dat weet ik niet, misschien is het onze kachel die staat aan dus ik doe nu de deur dicht!’ Voordat het groene monster kan antwoorden trek ik de deur dicht terwijl ik mompel, ‘You can talk to my ass because my head is busy!’ ? ‘Wat een drama dit park, onaardige mensen, de helft gesloten, ondanks al het berengras geen beer te bekennen, geen donder aan!’, we mopperen er flink op los, starten de hut en voordat we wegrijden stopt mijn lover bij het tweetal wat verderop nog staat mee te doen met de quiz ‘Raad het geluid.’ ? ‘Mag ik jullie nog een advies geven: start de conversatie volgende keer met goedendag zeggen, dat is wel zo beleefd!’ zegt hij, drukt zijn raam dicht en geeft gas. Go Roel go! ??? Buiten het park zetten we thee/koffie, even de dag ontspannen opnieuw beginnen. Het plan is om nu via de oostzijde het park in te rijden, we geven het nog een kans! We zijn ongeveer 30 kilometer op pad als de bandendruk detectie op het dashboard begint te piepen. Mijn lover kijkt, ‘WTF, we hebben een lekke band!’ Razendsnel gaat het metertje van 5.5 naar 1.8. We kunnen nog net op een parkeerplaats bij een motel/RV park tot stilstand komen. Nu is het zaak dat, voordat de band helemaal leeg is, de camper op de krik staat.
Maar ja, die krik ligt niet zomaar voor het grijpen. In de stromende regen gaat mijn lover aan de slag. Hij proest en kucht en is binnen een paar tellen zeiknat. ‘Waar is mijn regenjas?’ roept ie. ? Hij wacht gelukkig het antwoord niet af want hoe kan ik uitleggen dat ik die weer helemaal achterin heb opgeborgen. Daar staan we, op een parkeerplaats met de hut die een platte band heeft. Veel spullen moeten eruit voordat we de krik hebben en nog meer moet eruit voordat we de reserveband hebben. ? Uit het niets is daar ineens een kerel die vraagt of ie kan helpen. Hij werkt op het RV park en zag ons staan. Als Roel uitlegt wat het probleem is en dat de krik er nu niet meer onder kan heeft de kerel een prima plan. Rij voorzichtig op een paar planken en daarna moet het lukken met de krik. De planken gaan eronder, ik rij erop en verhip, het werkt!
Als we de kerel willen bedanken met een flesje wijn neemt ie het niet aan. Terwijl hij zijn handen vouwt wijst hij naar boven en zegt dat drinken niet mag van God. ?? Ook stroopwafels neemt ie niet aan, hij heeft het uit naastenliefde gedaan. ‘Ik ben echt zo blij met jou en vooral met jouw plan van die plankjes!’ roept mijn lover opgetogen tegen hem. ‘Ik had er niet opgekomen!’ De man kijkt naar ons en zegt dan met vredige stem; ‘Ik ook niet maar God gaf mij de raad!’ Ik knik vriendelijk naar de man want soms zijn woorden overbodig. ‘Ik wist niet dat hij zo technisch was!’ zegt mijn lover toch. De onbekende kerel moet ook lachen, vouwt zijn handen nog eens in gebed en vertrekt. Amen! ? Wij stellen ons plan bij en rijden terug naar Kalispell waar we bij Les Schwab Tires nieuwe banden bestellen. ‘Het kan wel even duren!’ zegt de receptionist. We zetten ons schrap en vragen voorzichtig hoe lang….’Oh, morgenmiddag pas rond 14.00 uur! Adem in en adem uit: morgen al! Het was ons de week wel! ? Dachten we….
Vlakbij de garage vinden we Glacier Peak RV park, daar gaan we staan. Het is een leuke plek maar door de miezer kunnen we niet buiten zitten. Ik draai nog een was en mijn lover begint met het uitzoeken van de foto’s voor het blog. Na het eten kijken we een tv serie en we hebben een rustige avond. ‘Ik ga zo naar bed want ik voel me echt beroerd.’ piep ik met zere keel. Roel gaat verder aan het blog om de foto’s bij het verhaal te voegen. Want soms blijkt dat we een foto hebben waar ik het verhaal bij vergeten ben. Of andersom. Onderuit gezakt ligt ie op zijn bank. Ik doe mijn IPad aan de stroom, pak mijn telefoon om op te bergen, wat dan volgt is een waanzinnige klap, een flits, mijn oren beginnen te piepen en ik voel dat er iets van vloeistof in mijn ogen komt. In de camper sist er iets….Ik vlucht naar het keukentje waar ik mijn ogen uitspoel want ik zie niets. Mijn lover staat bij de kraan in de badkamer. ‘Ben je okay?’ vragen we elkaar. ‘De brandblusser!’ roept hij. ? Wat is er gebeurd? ? De brandblusser is ontploft en met waanzinnige kracht uit zijn houder van de muur gekomen. Als uit een katapult geschoten is het ding door de camper gegaan. Twee liter blusmiddel over de computer, de telefoons op tafel, in de gordijnen, aan het plafond, over de banken, overal nat schuim. ? Zelf zijn we ook doornat. We checken elkaar, spoelen ogen uit en gaan de slag: met handdoeken alles droogmaken. Roel zijn telefoon en computer hebben de volle laag gehad. Die zijn overleden. ?
Hopelijk doen ze nog iets als ze droog zijn want al zijn gegevens staan erop. Dan bekijken we de restanten van de blusser en krijgen wat lichte bibbers want WTF, als die scherven iets naar links waren gegaan had ie ze dwars door z’n nek gehad. Doordat ie onderuit gezakt lag heeft het ding, wat boven Roel in de hoek hangt, hem gemist en kwam mijn richting uit waar ik net weggelopen was. ? Roel appt met mijn phone naar zijn vriend Dirk-Jan, die heeft bij de brandweer gewerkt, wat de gevolgen kunnen zijn. Is de stof schadelijk om in te ademen, wat doet het op je huid en ogen? DJ belt gelijk op en stelt ons gerust, douchen en spoelen is het belangrijkst. Dat hebben we inmiddels allebei gedaan. Het is middernacht als de ravage min of meer is opgeruimd. We zetten ondanks de kou veel ramen open, de verwarming laten we zachtjes aan en gaan naar bed. In de camper hangt een vreemde lucht, een soort desinfecterende zeepsop lucht. Na een onrustige nacht bekijken we bij daglicht de schade en Roel stuurt een mail naar de verzekering. Dirk-Jan belt hoe het is en we hebben geen idee hoe het ding heeft kunnen ontploffen. Hij is niet over de houdbaarheidsdatum en niet overmatig heet of koel geworden. ? Ik ben niet gelovig maar soms in situaties als deze….want nogmaals: wat hebben wij allebei een ontzettend geluk gehad!
Money, money, money
We besluiten om Vegas dinsdagochtend te verlaten. Het is ons weer gelukt: met drie nachten van totaal 12 uur slaap om deze jungle te overleven!? Omdat het al goed warm is gaan we eerst nog even zwemmen bij hotel Californië. Ik zei het al eerder, alles in Vegas draait om gambling en voordat we bij het zwembad komen moeten we dus langs het casino. ? ‘Eén spelletje nog, dat is toch niet zo erg?’ opper ik en trek mijn lover mee. Die realiseert zich ineens dat hij dit kaartje met een voorspelling van goeie getallen nog heeft. Dat heeft ie in Williams getrokken en kijk aan: are we lucky this morning! ?
Gelukkig hebben we een strandtas bij ons want plastic tasjes kosten 10 dollarcent en dat is toch zonde van onze winst….? Vegas, thanks want je was weer geweldig!
Het plan om langzaam naar het noorden te gaan moet nu toch eens gaan gebeuren. Doordat er niet veel keuze aan wegen is komen we eerst weer in St George terecht. Ongeveer een maand geleden stonden we hier ook op de KOA camping voordat we naar Zion en Bryce vertrokken. ‘Eigenlijk moeten we wassen en het blog plaatsen dus ik stel voor om gelijk twee nachten te boeken.’ beslis ik. Het zonnetje schijnt, het is warm en het zwembad lokt dus mijn lover is snel om. ? We genieten van de rust na de hectiek van de afgelopen dagen. Hij steekt de BBQ aan
en we plannen een easy avondje. ‘Ik ga vanavond vroeg naar bed!’ geeuw ik. Maar niemand die mij hoort want mijn lover zit ingespannen naar de overkant te kijken waar twee huurcampers zijn gaan staan. Twee mannen proberen de vuurplaats op hun plekkie om te toveren tot een BBQ. Er gaan kooltjes op, de vlam gaat erin en daar komt al een jongen met een rooster vol vlees. Er is weinig vlam en veel rook te zien maar ze schuiven het toch direct erop. In gedachten zie ik ze denken; ‘Zo nu eerst een Bavaria!’ ? Om een lang verhaal kort te maken: mijn lover loopt er naar toe, het blijken Fransen te zijn, en biedt onze gas-BBQ aan want hun ding gaat het voorlopig niet worden. De halve familie komt de BBQ ophalen en bedankt ons heel hartelijk. We moeten beloven om straks nog een borrel te komen halen want ze hebben een jarige en er is taart. Ach, ik heb geen excuus nodig en daar gaat mijn voornemen om vroeg naar bed te gaan. ? Het is een gezellig uurtje
en met name grappig als we het over hun route hebben die ook naar Monument Valley gaat. De Fransen blijken zich goed voorbereid te hebben want na wat gelach verdwijnen de heren in hun camper. Om even later zo verkleed weer naar buiten te komen.
‘Run Forest Run!!!’ roept het hele gezelschap. ?
Donderdagmorgen doen we voor een paar dagen inkopen bij de Walmart. De wegen die we nu gaan krijgen zijn lang en eenzaam. We zullen weinig dorpjes tegen komen. Over de 18 gaat het via Enterprise en het Dixie Forest. Opgevolgd door de 56 naar Panaca. Een kleine stop bij Cathedral Gorge
en net hier voorbij vinden we een eenvoudige campground op BLM land waar je gratis mag staan. Het is er op twee caravans na verlaten en een prima overnachtingsplek.
In de wijde omgeving is niets te zien dan alleen de weg die zich door het landschap kronkelt. ‘s-Morgens worden we eindelijk eens uitgerust wakker en als we op de splitsing komen met de 93 besluiten we om die te nemen naar het Great Basin National Park. ‘Ze hebben daar ook grotten!’ zegt mijn lover enthousiast. ?






























































Again and again and again
Wat een tegenstellingen deze dagen want hadden we afgelopen nacht nog lichte vorst in Williams, nu zitten we op de campground bij Lake Mead nog heel laat buiten omdat het bizar heet is. Waar het aan ligt weet ik niet maar toch slapen we prima. Als ik ‘s-morgens de camper uitstap en op de buitentafel vergeten flessen en glazen zie weet ik het wel: oorzaak drank! ? Volgens het weerbericht gaat Vegas vandaag de 35 graden aantikken. Dat is ook hier te merken want tijdens het ontbijt wordt het al knap warm. ? Tijd om in te pakken en let’s get ready to rumble, Sin City here we come! Mijn lover en ik, dé Vegas lovers, hebben een lijst met highlights voor Piet en Wilma gemaakt. Maar zij hebben ook een eigen plannetje….? Piet heeft namelijk drie bezoeken die hij in Vegas wil doen: een speciale drankenhandel voor zijn favoriete whisky, Rick’s gold & silver Pawnshop (bekend van tv) en…. ‘Als we dan toch in Vegas zijn wil ik samen met Wilma naar de Chapel, dezelfde als waar jullie zijn geweest.’ zei Piet een paar dagen terug ineens. ? Wow, is dat leuk! Onze eerste stop is bij het ‘Welcome-sign’, de campers parkeren we bij het tegenover gelegen Harley Davidson pand. De hitte valt op ons neer als we rond een uurtje of tien uitstappen. Bij het sign krioelt het al van de toeristen, twee bruidsparen, een Elvis look-a-like en de Vegas meiden met veren op hun hoofd en kont. Mijn lover dirigeert onze vrienden naar het sign en schiet wat foto’s. ‘Dan moet het hier maar gebeuren!’ lacht Piet en daar komt het: het momentje waar wij vrouwen op wachten.? Hij gaat op zijn knieën voor Wilma. ❤️
Over the Strip rijden we vervolgens
iets buiten het centrum naar de slijterij. Piet heeft deze tip van een andere ‘whiskykenner’ gekregen en die heeft niets teveel gezegd!
Wat een ruime, grote en soms ook hele dure sortering drank is hier. Je mag gerust stellen dat als deze zaak het niet verkoopt dan bestaat het niet.
De prijs is per fles hé….
Ach, als we toch binnen zijn scoor ik zelf ook maar wat lekkers. ? Missie geslaagd en op naar de campground van hotel Mainstreet Station bij Fremontstreet. Daar hebben we geluk: twee plekken naast elkaar en ook nog bij de enkele bomen die het terrein rijk is. Rond één uur zitten we onder de bomen puffend wat fruit als lunch te snavelen terwijl we bedenken hoe Wilma aan een jurk kan komen. Uiteindelijk duik ik mijn kledingkast maar eens in want het voorstel van Piet om te gaan shoppen wuiven we weg: veel te warm! Het is even puzzelen voor de veel slankere Wilma, een soort ‘Patty Brard zoekt een outfit voor Doutzen Kroes’ maar het lukt! ? Om bij de Chapel te komen lopen we door de nog vrij rustige Fremontstreet. Op de hoek bij de Ierse pub staat een straatzanger. Daar doen we eerst maar een drankje en de bruidegom zingt een liefdesliedje mee voor zijn bruid. Ik kan zo genieten van dit gedeelte Vegas: Fremontstreet en dan om de hoek waar de Chapels beginnen. Eerst krijg je de Schotse Chapel en iets verderop is ie dan: de Graceland Weddingchapel. ‘Weet je nog, 2 jaar geleden?’ vraag ik romantisch aan mijn lover. Die kijkt me verstrooid aan terwijl hij mompelt; ‘Ja, ja, even wachten want ik ben nu druk met de foto’s!’ ?
Hoeveel bruidsparen zijn hier al getrouwd en zullen er nog bijkomen? Nu zetten ook Piet en Wilma deze stad als hun city of love op de lijst. ❤️ Iets verderop zit de volgende stop van Piet, de Pawnshop.
13 procent rente….. per maand ! ?
Deze is bekend van tv en ik denk dáárom flink druk want goedkoop is het hier zeker niet. In de hitte durven we nog tot aan de Stratosphere, de enorme uitzichttoren, te wandelen maar nemen daar dan toch echt de bus naar the Strip. We slenteren door hotel New York, eten een Italiaans ijsje en sleuren Piet en Wilma van het ene bijzonder themahotel naar het andere.
Zou het nou echt ? ? Ja….
Sowieso rare dingen die Amerikaanse toiletten.
‘Het lijkt alsof het steeds gekker wordt!’ zeggen mijn lover en ik tegen elkaar. Want is het de hitte of worden wij oud maar wat loopt er dit keer allemaal rond! Meiden in minuscule bikini’s met een doorzichtige blouse erover of hele korte broeken met daarop alleen een bh. Of een badpak. ?
De wachttijd bij ons favoriete restaurant in Paris, Mon Ami Gabi, is lang. Al met al moeten we bijna anderhalf uur wachten. Maar het is het waard! We zitten buiten met uitzicht op de Fontein van Bellagio en het eten is prima.
Vegas is Vegas en we verliezen de tijd zodat we iets na middernacht ? terug zijn bij de campers. Een paar uur later branden we de hut uit en in de schaduw eten we ons laatste ontbijtje met elkaar. Piet en Wilma gaan richting Zion en Bryce. Wij blijven nog een paar dagen afkicken in Vegas. ? Als we het stel hebben uitgezwaaid
snif, snif,
besluiten we naar het zwembad in hotel Californië te gaan. Je mag gebruik maken van de faciliteiten van dit hotel want het hoort bij het Mainstreet Station hotel waar de campground van is. Top geregeld: leuk zwembad, op de 13e verdieping, met prima ligbedden en gratis handdoeken.
De foodcourt beneden heeft lekkere snacks voor zeer acceptabele prijzen. ? ‘s-Avonds maken we een rondje over Fremont en eten bij Tony Roma. Het is stil vanavond, het weekend en de drukte zijn voorbij. Maandagmiddag zien we Peter en Jennifer die met hun tweeling ook in Vegas zijn.
Leuk om elkaar weer te treffen. Zij gaan daarna naar een show in het Mandalay Bay. Wij komen per ongeluk in een pianobar terecht waar het happy hour is….?
Leuk weetje is dat de happy hour tijden in Vegas ook ‘s-nachts zijn van 01.00 tot 03.00 uur. Rond die tijd zijn wij inmiddels op Fremontstreet beland waar we allebei door de blaren op onze voeten als verdwaalde pinguïns rondzwalken. Langs de verschillende types: dronken, stoned, de toeristen, de zwervers en de bijzondere strippers zoals hij met zijn sexy slip en rollator.
‘Als we alles vergokt hebben kunnen we zo eindigen. Erg toch!’ grinnik ik tegen mijn lover.
Verderop speelt een band ‘Sweet home Alabama’. Een vent met een cowboyhoed knipoogt naar me en terwijl ik voorbij loop zeg ik; ‘Vat geen kou boy’! ? Het is een vreselijk flauw woordgrapje, I know en hij begrijpt me natuurlijk niet. Maar zou er iemand op dit tijdstip in Vegas zijn die het allemaal nog wel snapt? Een paar uur later slenteren we niet uitgeslapen maar fris gewassen naar de Starbucks. Als we de weg oversteken zegt mijn lover lachend, ‘Wat liep jij hier gek te doen vannacht!’ Ik reageer heel behoedzaam want is dat zo….? ‘Je liep als een majorette terwijl je keihard ‘Sweet home Alabama!’ zong.
Extra editie!! Noodweer!
Als ik woensdagochtend wakker ben klim ik uit bed en open het keukenraam, wow, wat een uitzicht. Het is nog vroeg maar de lucht is blauw inclusief wat witte wolken. Met een beetje fantasie zie ik Old Shatterhand en Winnetou bovenop de rotsen staan. Bij Wilma en Piet is deur ook al open: tijd voor ontbijt met een view. ? Op mijn vraag; ‘Gaan we nog paardrijden?’ komt een lauwe reactie want Piet en Roel hebben er geen zin. ‘Ik ben me daar gek om 80 dollar neer te tellen voor die Indiaan met zijn paard!’ zegt mijn lover, ‘Maar je moet het zelf weten, je denkt dat je niet durft en een uur is zo voorbij, dan ben je nog op weg naar de Valley beneden!’ ? Natuurlijk heeft ie gelijk het is een belachelijk bedrag. Wilma twijfelt ook nog dus ik besluit het paard en de Indiaan maar te schrappen. Via Kayenta zetten we koers naar de Grand Canyon met een stop bij de Trading Post in Cameron, een super grote souvenirswinkel. Daar doet Wilma deze grappige ontdekking: het tasje is volgens zeggen door de natives gemaakt maar als zij erin kijkt ziet ze het label ‘Made in China’. ?
Vanaf hier rijden we naar de oost ingang van het Grand Canyon National Park waar de ranger vertelt dat er nog wel plekken vrij zijn op de campground. Voor de zekerheid stoppen we alleen bij het eerste uitzichtpunt op de Canyon en rijden dan gelijk door voor een plaats om te overnachten.
Maar de ranger had het mis en beide campings zitten vol. ? Op Mather campground geeft een andere ranger een goeie tip; ‘Buiten het park richting Tusayan is BLM land waar je gratis kan staan.’ Inderdaad net er buiten zijn links en rechts mooie plekken in het bos.
Doordat we inmiddels in Arizona zijn waar de klok een uur terug gaat, hebben we een ‘vroegertje’. Wilma en ik genieten met een wijntje in het zonnetje, Roel werkt aan zijn foto’s en Piet treft voorbereidingen voor zijn zelfgemaakte nasi.
Ik zeg; ‘Prima rolverdeling!’ ? Na een fris nachtje lijkt het donderdag een redelijk dag te worden en kunnen we al weer buiten ontbijten. Dan is het tijd voor de Grand Canyon. Ons planning is: eerst bij het Visitor centre een aantal uitzichtpunten bekijken, bij de Village een stuk de Canyon in lopen en als laatste het gedeelte van de Rim met de shuttlebus tot Hermits Rest. Dit stuk is voor auto/camper verboden, je mag er wel met de fiets in. Dat hebben wij vorig jaar gedaan.
Terwijl we genieten van de eerste uitzichten pakken in de verte donkere wolken samen. Ineens klinkt daar ook een donder! ‘Het is nog ver weg maar ik ga echt die Canyon niet in wandelen als het gaat onweren.’ roept mijn lover. Vertwijfeld kijken we naar de lucht, we zijn niet voor niets helemaal hier naar toe gereden. ? Het begint te druppen maar het onweer lijkt niet dichterbij te komen. In de camper wachten we dus maar met koffie/thee tot de bui over is. Dan gaan de wandelschoenen toch aan en duiken we de Canyon in waar we een gedeelte van het pad naar beneden lopen en….ook weer omhoog! ?
Ondanks het onweer dat in de verte blijft klinken is de zon gaan schijnen. We wagen het er op en nemen de shuttlebus. Deze stopt op een aantal uitzichtpunten waar je op en af kan stappen wanneer je wilt. Ongeveer op de helft bij Powell Point besluit mijn lover; ‘Hier eruit, dan lopen we langs de Canyon naar het volgende punt.’ Al babbelend wandelen we naar de rand van de Canyon. Bijzonder is dat wij vrouwen de naam hebben maar mannen vaak veel meer kwekken….? De heren fotograferen en wij dames kijken zonder lens in het rond. ? In de verte komen de donkere wolken ineens snel dichtbij en een lichtflits schiet door de lucht. ‘Gewoon een buitje voor het stof!’ lach ik de anderen uit. ?
Als het echter hard begint te waaien besluiten Piet en Roel dat we terug naar de bushalte moeten en geven instructies wat te doen als het onweer komt. Ik vind het lichtelijk overdreven maar luister braaf. De eerste dikke druppels vallen en WTF de regenjassen zitten in mijn rugzakje.
Onder een boom probeer ik ze snel te pakken, ‘Ga verdorie onder die boom vandaan, ik zeg het net, je luistert echt niet!’ foetert mijn lover direct. Vanuit de kant van het Visitor centre klinken nu ook sirenes, het is eigenlijk best scarey aan het worden! Als er een bus verschijnt trekken we een sprintje maar er zijn er meer die dat doen. Na wat drukken en duwen is de bus vol, doet de chauffeur de deuren dicht en staan wij nog buiten. ? Het onweer hangt nu recht boven ons en de regen is overgegaan in hagel. De bus wil vertrekken maar daar is ie: mijn superman die roept; ‘Die gaat niet weg voordat wij erin zitten!’ ? Terwijl iedereen braaf op de volgende bus staat te wachten doet mijn lover eigenwijs de act ‘last man standing’ voor de bus. ? Eerlijk waar, soms ben ik niet eens verbaasd meer over zijn acties. Net als vroeger met mijn hondjes kan ik roepen wat ik wil maar hij komt niet en met vrees kijk ik naar de beslagen ruiten want als de chauffeur gas geeft….? De redding komt van Wilma die een volgende bus ziet naderen en inmiddels zeiknat rennen we er heen. ‘Hurry, hurry, everybody we are going to evacuate the Rim!’ roept de chauffeur. Alle mensen moeten de bus in en doordat we allemaal kletsnat zijn beslaan gelijk de ramen.
We worden er lacherig van, ‘Zie je nou dat wij het aantrekken, er is altijd wel iets raars!’ grinnik ik. Terug bij de Village, waar de camper staat, is het een waterballet. De wegen en spoorrails zijn veranderd in kleine snelstromende riviertjes.
Door het water rennen we terug naar de camper. De hagel klettert zo hard dat we niet veel zien, Piet en Wilma lopen te ver door, ‘Terug, terug, deze kant op naar de camper!’ buldert mijn lover. Omgekleed zitten we even later bij elkaar en besluiten de Canyon te verlaten want de lucht ziet er niet naar uit dat het snel zal opklaren. Wat een avontuur weer: evacuatie in de Canyon, dat krijg je toch niet verzonnen! ?
Een gedeelte van Route 66 en Williams zijn de volgende bestemmingen. Mijn lover en ik zijn al eens in dit toeristische maar leuke stadje geweest en rijden naar Railside RV Ranch waar we eerder stonden. Ook nu hebben we geluk. De vriendelijke receptioniste geeft gelijk een waarschuwing voor nachtvorst, ‘Heb erg in de waterleidingen, laat ze niet bevriezen.’ Na het noodweer van vanmorgen geloven we haar gelijk. ? Piet en Wilma springen bij ons in de hut en we rijden naar het centrum. In de hoofdstraat slenteren we langs winkeltjes en restaurants om uiteindelijk bij Rod’s Steakhouse een prima stukkie vlees te eten.
Een dansje op straat bij terras met live muziek…
Terug op de campground maken wij dames nog gebruik van de laundry die, thank you Lord, 24 uur open is. Als de was klaar is en we terug lopen is het koud en de hemel vol met sterren, hoe mooi! ? De volgende morgen schijnt de zon uitbundig. Wat jammer, dit weer hadden we gisteren in de Canyon moeten hebben. Over de Route 66 rijden we naar Seligman, een piepkleine toeristentrekker waar alles in het teken staat van deze wereldberoemde weg.
Ook nu is er weer genoeg grappigs te ontdekken voor een foto.
Terwijl Wilma en ik wat kleding uitzoeken
vindt Piet aansluiting bij het plaatselijk vrouwelijk schoon. ?
Dan ineens is ie daar: John Wayne! En niet alleen een kartonnen versie
maar ook een real cowboy met twee paarden. ‘Ga er op!’ roepen mijn drie reisgenoten in koor. Daar staat deze Cheryl in een roze korte broek op slippers met een tijgerprint. Of het komt door mijn hoed die mij het gevoel geeft dat ik in het Wilde Westen ben weet ik niet maar ik hoor mezelf zeggen, ‘Ik ga het doen?!’ ? De cowboy helpt me, althans hij helpt het paard om te blijven staan want ik ben niet zo lenig en trek het dier zo wat om. Wow, wat een klim maar ik zit! ?? Voor de foto geeft hij zelfs zijn geweer af en dan gaat het bijna mis.
‘Nooooo, don’t put your finger on the trigger!!!’ schreeuwt ie. Wat blijkt er zitten gewoon echte kogels in! Dit kan alleen maar in the States. ? Had ik haast als een soort mislukte Buffalo Bill schietend door de straten gegaloppeerd met mijn paard. Na al deze gekkigheid rijden we verder op weg naar de Hooverdam. In Hackberry maken we nog een quick stop om Piet het Douane-embleem te laten zien wat ik hier in 2017 heb achtergelaten. Er hangt heel veel maar die van mij is niet meer te vinden. ?
Voor de ingang bij de Hooverdam krijgen we net als vorige keer een security check. De luiken aan de buitenkant moeten open en ze kijken vluchtig in de camper. De dam is en blijft heel indrukwekkend en warm want ook deze keer is het super heet. Puffend lopen we terug naar de parkeerplaats waar de campers staan. Het is eind van de middag als we iets verder bij Lake Mead de campground op rijden. Je kan er full hook-up of dry camping (zonder voorzieningen) staan. Wij kiezen voor het laatste omdat de plekken veel mooier zijn.
De full hook-up staan zij aan zij en heel dicht op elkaar. ? Met een wijntje mijmer ik later op de avond in de schemer wat voor me uit. Aan de ene kant het donkere meer en aan de andere kant in de verte de lucht die oplicht door de vele lichtjes van de megastad Las Vegas, waar we morgen naar toe gaan, Yes! Afgelopen week hebben mijn lover en ik een aantal bezienswaardigheden dubbel gehad maar nog steeds is het heel erg mooi en genieten. Om deze reden schrijf ik ook niet over het ontstaan van Route 66 en de Hooverdam want dat staat in vorige blogs al beschreven. ‘Over Vegas hoef je ook niet veel te schrijven want daar heb je al boeken over vol!’ grapt mijn lover. Maar dat heeft ie mis want morgen, zaterdag, gaat een bijzondere dag worden in Sin City, the City that never sleeps, the City of love….??